Deze website draagt het AnySurferlabel, een Belgisch kwaliteitslabel voor toegankelijke websites. Meer informatie vindt u op www.anysurfer.be.
Auteur: | Ervynck, Anton. |
---|---|
Titel: | Inzameling en staalname voor ecologisch archeologisch onderzoek |
Volume: | Inzameling en staalname voor ecologisch archeologisch onderzoek |
Jaar van uitgave: | 2023 |
Uitgever: | Onroerend Erfgoed |
Korte inhoud: | De archeologie heeft als wetenschap doorheen de tijd een ingrijpende evolutie doorgemaakt. Geleidelijk is het besef gegroeid dat het verhaal van de mens in het verleden niet enkel kan geschreven worden op basis van culturele artefacten. Archeologie is niet louter de studie van het gedrag en de handelingen van mensen in het verleden, op basis van overgebleven culturele resten, maar vooral ook de analyse van hoe die menselijke activiteiten een interactie betekenden met de omgeving. Dat het om een echte wisselwerking gaat, lijdt geen twijfel: de omgeving bepaalt het gedrag en het handelen van de mens, terwijl de mens de omgeving bewust en onbewust voortdurend verandert. Deze processen laten zich archeologisch bij uitstek onderzoeken door de analyse van ecologische vondsten. Dit besef is wereldwijd gegroeid met de ontwikkeling van de processuele archeologie, in de jaren ‘1960. De ‘nieuwe archeologie’ betekende dus een belangrijke uitbreiding van de vraagstelling binnen het oudheidkundig bodemonderzoek. Astronomische fenomenen, gesteenten, bodems en sedimenten, resten van planten, dieren en mensen kregen een belangrijke, vaak zelfs dominante rol in het menselijk verhaal. Uit de inzichten van de processuele archeologie ontstond een onderzoeksrichting die als ‘ecologische archeologie’ kan worden omschreven. Het vertrekpunt van dit betoog is dat, om de vermelde, holistische processen binnen de archeologie te bestuderen, onderzoekers tijdens hun veldwerk niet alleen sporen moeten registreren, en culturele artefacten inzamelen, maar ook aandacht moeten hebben voor ecologisch materiaal. Daarbij mogen in theorie geen vondstcategorieën over het hoofd worden gezien. Dat maakt het opgraven tot een echte uitdaging. Hoe wordt het inzamelen van het ecologisch materiaal immers het best georganiseerd? Hoe valt te vermijden dat essentiële informatie verloren gaat? Een belangrijk aandachtspunt bij het archeologische terreinwerk is dus de zorg voor het bergen van het ecologisch materiaal. Dat kan gebeuren door handmatig inzamelen, tijdens het onderzoek van een spoor, of door het nemen van stalen die dan later verwerkt worden met het oog op een zo goed mogelijke recuperatie van de aanwezige ecologische resten. Beide technieken verschillen wezenlijk in aanpak, en in hun impact op een opgraving en de daaropvolgende verwerking. Dit brengt het verschil tussen ‘inzameling’ en ‘staalname’ op de voorgrond. Sommige vondstcategorieën moeten tijdens het opgraven maximaal ingezameld worden, terwijl voor andere een greep uit het aanbod volstaat. Maar hoe bereik je ‘maximaal’ en op welke manier ‘volstaat een greep uit het aanbod’? En hoe ga je om met de ongelooflijke diversiteit aan dieren- en plantengroepen, en de resten die zij nalaten? Onderstaande overdenkingen trachten hier wat duidelijkheid in te scheppen, maar kunnen enkel een afwegingskader zijn. |
Bron: | Ervynck A. 2023: Inzameling en staalname voor ecologisch archeologisch onderzoek, Afwegingskaders agentschap Onroerend Erfgoed 12 ISSN 2565-697X |
Uri: | https://id.erfgoed.net/infocat/publicaties/6773 |
DOI: | https://doi.org/10.55465/SQVE1572 |
Bestand: | https://oar.onroerenderfgoed.be/publicaties/AKOE/12/AKOE012-001.pdf ( 1.97MB ) |
Gerelateerd bestand: |
|
Bibliotheek: | Exemplaar aanwezig in catalogus VIOE bibliotheek |
Met onderstaand formulier kan je zoeken in ons archief. Voor meer uitleg over zoeken klik je hier.
Je kunt ook bladeren in de beschikbare publicaties.